Bijna elke maandag ging ik op dieet. Als ik niet op dieet ging, dan stopte ik met snoepen of ik nam me voor om héél gezond en verstandig te doen. Bijna elke zondag besloot ik dat ik de volgende dag zou veranderen. Vanaf morgen wordt alles anders.
Het is zondagavond en ik loop onrustig heen en weer door het huis. Van het raam naar de keuken en weer terug. Hoe lang gaat dit nog duren? Alles ligt al klaar: vork en mes, glas water en het geld. Ik ben er klaar voor.
Dit wordt mijn allerlaatste pizza. Ik ga vanaf morgen nooit meer pizza bestellen. Vanaf morgen ga ik streng op dieet en zullen de kilo’s er vanaf vliegen.
Vanaf morgen wordt alles beter. Maar vanavond ga ik nog even helemaal los.
Ik heb al geluncht met macaroni met kaas. Idioot veel kaas. Ik had gebakken eieren als ontbijt. Een zakje mini marsjes is tijdens het computeren op verklaarbare wijze verdwenen. Alle kastjes moeten leeg zijn voor morgen. Weggooien? Dat kan niet. Dat is verschrikkelijk zonde. Het huis is na vanavond ontsmet van “slecht en ongezond” voedsel.
Morgen begin ik met een sapdieet. Ik heb de sapcentrifuge van mijn moeder geleend en al helemaal schoon geschrobd. Een goede voorbereiding is het halve werk! Vanmiddag al fruit, groenten en allerlei gezonde dingen gekocht… én dat zakje mini marsjes. Het is de laatste dag voordat ik ga lijnen dus ik trakteer mezelf alvast op de, nog te leveren, prestatie.
Ding dong. Ah, daar zal je hem hebben. Ik rond het bedrag af met een veel te hoge tip (zodat ik niet hoef te wachten op wisselgeld) en gris de pizzadoos uit zijn handen. In de woonkamer draai ik de luxaflex dicht. Ik wil niet dat mensen naar binnen kijken als ik zit te eten… daar word ik zenuwachtig van.
Ik scheur de doos open en val aan. De pizza is loeiheet en ik brand (voor de zoveelste keer) mijn gehemelte aan de kaas. Praktisch zonder te kauwen werk ik in no-time de pizza naar binnen. En het stokbrood met kruidenboter. En de cookie dough van Ben & Jerry’s.
Het is pas een kwartier later en het eten is al op. Ik kijk naar mijn tafeltje met afgescheurde doos, papiertjes en zakjes. Mijn hemel, wat een slagveld… jakkes. Weg ermee! Al het bewijsmateriaal van mijn vreetbui verdwijnt in de container buiten.
Ik ga op de bank liggen en vertel mezelf dat dit echt de laatste keer was. Ik hoef me heus niet schuldig te voelen. Dit was de aller-aller-allerlaatste keer. Morgen start een nieuwe week en vind ik de wilskracht om te diëten. Morgen zal ik het wél volhouden.
Met een bonkend hart en opgeblazen buik kijk ik naar de televisie. Ik baal van mezelf en ik ben moe. Heel moe. Het is pas 20.00 uur. Ik moet eigenlijk nog wat doen in het huishouden maar dat kan ik niet meer opbrengen. Het kan me ook niet meer schelen. Morgen wordt alles beter…
Is het niet vreemd om keer op keer hetzelfde te proberen… maar toch een ander resultaat te verwachten? Probeer eens wat anders. Zoals niet diëten.
Take care, self care,