Wanneer ik les moet geven zie ik er altijd tiptop uit. Ik maak mijn haren stijl, trek leuke kleding aan en zorg dat mijn make-up er perfect op zit.
Als kind zat ik dikwijls aandachtig te kijken hoe mijn moeder de kleurtjes op haar gezicht deed. Ze verdeelde met zorg wimperhaartjes en trok met vaste hand een lijntje langs haar lippen. Prachtig. Ik wilde het net zo goed kunnen. Ik zat vaak te oefenen op mijn kamertje en was blij dat ik als klein meisje me al mocht opmaken. Toen mijn moeder nog kind was deed ze onderweg naar school stiekem haar make-up op. Ze concludeerde dat ze mij beter toestemming kon geven, zodat ze kon zien met welke schmink ik de deur uitging. Slim!
Ik had een 2-componenten mascara. Eerst moet er een witte substantie op de wimpers, even drogen en vervolgens de zwarte laag er overheen. Die ochtend had ik wat meer haast en pas onderweg ontdekte ik dat alleen de witte laag op mijn wimpers zat. Paniek! In het spiegeltje van de zonneklep zag ik witte zonnestralen om mijn ogen. Terug naar huis! Helaas, er was geen mogelijkheid om op tijd te komen als ik eerst terug moest rijden. Omdraaien was dus geen optie. Ik besloot de mascara er onderweg handmatig uit te plukken. Het was geen fraai resultaat en dat gaf me de hele dag een behoorlijk onzeker gevoel. Ik merkte dat ik mensen niet goed in de ogen aan kon kijken.
Waarom was ik zo van slag hiervan? Waarom maakte ik me zo druk wat mensen over mijn wimpers zouden denken? Wat zegt dat over mij? Hoe zou het zijn om les te geven, zonder make-up? Ik vind zelf dat ik een blote-konten gezicht heb zonder al die smeersels, maar als mensen me voor de eerste keer zien, weten ze niet beter. Het scheelt bovendien nogal wat tijd. Ik ging het uitproberen.
Ik was de eerste training erg nerveus. Vooral in de ochtend. Ik voelde me bloot. Naarmate de dag vorderde ging het beter. Ik durfde meer mimiek te tonen en kwam los. De mensen behandelden me hetzelfde zoals altijd. Niets aan het handje dus. Ik ben het ook gaan proberen met mensen die me wel kennen. Ik ging uit eten zonder make-up en daarna mezelf vaker vertonen zonder. Ik durf te beweren dat sommigen wel zien dat er iets anders is met mij, maar niet eens weten wat.
Ik realiseer me dat ik me zekerder gedraag als ik mijn haartjes gestijld heb en mooi opgemaakt ben. Ik ben assertiever, ik mag gezien en gehoord worden. Ik voel me kwetsbaar zonder make-up. Nog steeds een beetje. Op deze momenten probeer ik mezelf eraan te herinneren dat ik goed genoeg ben zonder opgetekende wenkbrauwen en lippenstiftje. Dat make-up niet noodzakelijk is om mezelf te kunnen zijn. Ik geloof dat het gevoel van kwetsbaarheid steeds meer afneemt. Ik maak mezelf nog steeds graag op en probeer eraan te wennen dat het niet altijd hoeft.